Daarna focusten jullie op de schoolvisie?
Anne: “Klopt, we namen onze schoolvisie onder de loep. Of beter: het gebrek eraan, want al snel botsten we op de problematiek dat onze mensen almaar brandjes blusten, via veel te veel individuele begeleiding, zonder overleg met elkaar. Dus stelden we onze visie opnieuw scherp, met duidelijke kernwaarden.”
Sofie: “Ook wij kwamen na veel denkwerk, schrappen en aanvullen tot een gedragen visie: waar willen we met onze kinderen naartoe? Maar we werkten tegelijk ook andere zaken uit. Zaken die het team belangrijk vond, maar die niet expliciet in de visie stonden. Zoals de nood aan duidelijke communicatie (wat – toegegeven – bij mij een werkpunt was, ik ben wat chaotisch in mijn communicatie).”
Jessie: “Wij zijn daarbij grotendeels van een leeg blad vertrokken. Sommige elementen van onze vorige schoolvisie bleven wel overeind, maar er kropen zeker ook nieuwe accenten in. Zaken die te maken hebben met een veranderende kijk op onderwijs. Een jaar later lag de nieuwe visie er al. Ik ben er erg trots op.”
Anne: “Op twaalf maanden opgesteld met het hele schoolteam, via de methodieken die we tijdens de opleiding meekregen. En met overlegtechnieken die we vandaag nog altijd hanteren. Zo behandelen we prioritaire thema’s tegenwoordig eerst binnen kleinere groepen, waarna we daarover terugkoppelen naar de rest tijdens teamvergaderingen.”
Chris: “Dat is ook de manier waarop we momenteel onze visietekst opstellen, want wij zitten nog in volop in de opleiding. Op het voorbije kerstfeestje schreven we enkele cruciale stellingen op kerstballen. Zoals: ‘Hoe wordt er over onze school gesproken? En hoe zou je willen dat mensen over onze school spreken?’ Vervolgens kozen we per stelling lukraak twee collega’s, die er tien minuten rond discussieerden, hun conclusie op de kerstbal schreven en die in de kerstboom hingen. Met het kernteam hebben we dan al die kerstballen geanalyseerd, om zo te weten welke thema’s het zwaarst doorwegen. Op basis daarvan schreven we een eerste sneuveltekst voor onze schoolvisie.”
Jessie: “Ook wij hebben zo enkele oefeningen gedaan, waarbij we eerst met drie of vier spraken, en dan in grotere groepen. Binnen bepaalde graden en vakgroepen, maar ook over graden en vakgroepen heen.”